Sluierstaart
Met hun prachtige vinnen en rustige manier van zwemmen zijn ze een feest om naar te kijken in je aquarium.
Deze foto is eigendom van sluierstaartkv.nl
Contact
In huis
Je kunt sluierstaartgoudvissen het beste houden in een ruim aquarium. Daarin groeien ze snel uit tot hun uiteindelijke formaat van gemiddeld vijftien tot twintig centimeter lang. Ze kunnen minder goed tegen koud water dan gewone goudvissen. De stroming mag niet te sterk zijn, ze kunnen er niet goed tegenin zwemmen. Ze woelen de bodem van het aquarium om, gebruik dus afgeronde aquarium kiezels en geen scherpe deeltjes zodat ze hun mond niet beschadigen. Over de verdere inrichting van het zoetwateraquarium geven we je graag advies in de winkel.
Eten
Sluierstaarten zijn alleseters, plantaardig en dierlijk voedsel eten ze. Voer ze met eten dat naar de bodem zakt. Met drijfvoer loop je het risico dat ze teveel lucht binnenkrijgen. Geef ze een keer per dag te eten en zoveel als ze in een minuut op kunnen zonder restjes achter te laten. Goudvissen en soortgenoten eten al gauw te veel namelijk.
In het wild
Sluierstaartgoudvissen zijn zo gekweekt en komen niet in de natuur voor.
Verzorgen
Houd goed in de gaten of je sluierstaarten er gezond uit zien. Het water in het aquarium moet je regelmatig verversen, elke twee weken moet je ongeveer een derde van het water vervangen. Elke week moet je losse plantenresten eruit halen. En af en toe het water testen is ook van belang.
Man/vrouw
Tussen de een en de drie jaar kun je pas zien of je een mannetje of vrouwtje voor je hebt. Als het paartijd is, hebben de vrouwtjes een wat vollere buik en mannetjes hebben witte stipjes op de kieuwdeksels en soms de borstvinnen.
Jonge vissen
Het vrouwtje zet heel veel eitjes af tussen de planten, de mannetjes bevruchten die eieren. Na een dag of vijf komen de jongen uit en blijven dan nog even aan de planten hangen. Sluierstaartvissen eten hun eigen jongen ook op, dus het is verstandig om de jonge in een aparte bak te zetten.
Ziek
Sluierstaartvissen zijn kwetsbaar, net als veel andere vissen. Deze soort heeft bovendien erfelijke aandoeningen, vanwege het doorkweken. Ze kunnen ook last hebben van teveel lucht in de zwemblaas, vanwege luchthappen bij drijfvoer of belletjes van de waterpomp. Verder kunnen vissen last hebben allerlei soorten parasieten en bacteriën. Een van de infecties waar ze last van kunnen hebben is vinrot. Het is belangrijk om niet alleen de aandoening te verhelpen, maar ook uit te zoeken waar de infectie uit voort komt. Zodat je niet elke keer weer zieke vissen hebt in je aquarium. Advies hierover geven we je graag in de winkel.